FlexPen

Wat is de FlexPen®?

Als je diabetes hebt je moet op regelmatige tijdstippen insuline inspuiten, kan je gebruik maken van de FlexPen.  Dit is een herbruikbare injectiepen waarmee je eenvoudig de gewenste dosis insuline kan inspuiten.  De volgende insulines kan je gebruiken met deze pen:  NovoRapid®, NovoMix® 30, 50, 70 en Levemir® . De FlexPen® is beschikbaar in twee verschillende kleuren. Ze verschillen enkel in kleur, maar werken exact hetzelfde en hebben dezelfde gebruiksaanwijzing. Als je zowel Levemir® (oranje) als NovoRapid® (groen) moet injecteren, gebruik je best 2 verschillende kleuren, zo voorkom je dat je per ongeluk de verkeerde soort insuline injecteert. Bovendien zie je een kleurgecodeerd etiket aan de buitenkant van de pen en op de patroonhouder, zodat je beide beter herkent. Ook de verpakking heeft een kleurencode voor een snelle en eenvoudige herkenning.

Verder bevat deze pen een tactiele code op de drukknop voor een betere herkenning voor mensen met een beperkt gezichtsvermogen en hoorbare kliks bij zowel het verlagen als verhogen van de dosis. De FlexPen® maakt het mogelijk om keer na keer een nauwkeurige dosis te injecteren.

Hoe gebruik ik de FlexPen®?

Stap 1: Voorbereiding

Eerst rol je de pen 10 keer tussen je handpalmen. Hierbij is het belangrijk dat je de pen horizontaal houdt. Daarna beweeg je de pen 10 keer op en neer, hierbij zal het glazen bolletje van de ene naar de andere kant rollen. Je herhaalt het rollen en het open neer bewegen totdat de vloeistof gelijkmatig wit en troebel is. Als de insuline de kamertemperatuur heeft bereikt, gaat het mengen makkelijker.

Voor iedere injectie beweeg je de pen minstens 10 keer op en neer tot de vloeistof gelijkmatig wit en troebel is.

Stap 2: Nieuwe naald bevestigen

Na stap 1 verwijder je de pendop en plaats je een NovoFine® naald (handvast). Bij iedere injectie moet je een nieuwe naald gebruiken.

Stap 3: Veiligheidstest uitvoeren

1. Eerst stel je 2 eenheden in door aan de drukknop te draaien.

2. Dan houd je de FlexPen® rechtop en tik je zachtjes tegen het insuline-reservoir. Je drukt de drukknop helemaal in totdat er een druppel insuline boven aan de naald verschijnt. Dit is een veiligheidstest die succesvol moet zijn vooraleer je een dosis mag toedienen. Als de test niet lukt, moet ze herhalen tot ze slaagt.

 

 

                           

            
           Stap 2                       Stap 3.1                     Stap 3.2

 

Stap 4: Dosis instellen

Je draait de instelknop zodanig dat de juiste dosering in het afleesvenster verschijnt.

Stap 5: Dosis injecteren

Dan neem je de FlexPen® in één hand en injecteer je de insuline door de drukknop rustig, zo diep mogelijk in te drukken. Houd de drukknop ingedrukt en tel tot 6 voordat je de naald uit de huid trekt.

                                  

              
         Stap 5                       Stap 6

 

Stap 6: Naald verwijderen

Na het injecteren, gooi je de naald op een veilige manier weg. Hiervoor gebruik je best een naaldcontainer.

 

Als je nog problemen ondervindt bij het gebruik van de FlexPen® of je hebt nog vragen, aarzel dan zeker niet je arts, diabetesverpleegkundige of apotheker om raad te vragen!